
Collecteren is geniaal
‘Goedenavond mevrouw, ik collecteer voor de Nierstichting, wilt u een misschien ook een bijdrage geven?’
Voor de zomer werd ik gestrikt om te collecteren. Gevolg is dat je in de collecteweek met een bus in de hand en een legitimatie om je nek door je buurt loopt. Niet per se mijn hobby, maar al snel krijg ik er aardigheid in. Wat een keur aan deuren, kleuren, geuren en reacties! Keurig aangeveegde, naast met-puinhoop-en-onkruid-gevulde tuintjes.
Bij een huis komt een doordringende rooklucht uit het rooster. Wat voor lucht hangt er binnen als het buiten al zo stinkt? Als de deur opengaat, walmt de verschraalde sigarettenlucht me tegemoet. De vriendelijke man geeft wel met gulle hand. Bij een ander huis doet een klein meisje open, haar vader komt achter haar aan met kleingeld: ‘Weet je nog waar Kim vorige week aan is geopereerd? Deze stichting haalt daar geld voor op.’ Het meisje draait zich onmiddellijk om en holt weg: ‘Ik wil ook geven, pap.’ ‘Nee, dát wil ik niet, papa geeft wel.’ ‘Ja, maar ík wil het.’ Ze doet gedecideerd enkele munten in de bus. Al bekvechtend gaat de deur weer dicht. Ik hoop maar dat het meisje gul blijft geven. Waarom zou je niet willen dat je kind iets weggeeft?
Dan doet een man in zijn ochtendjas een deur open. Hij ziet er moe uit. ‘De Nierstichting? Daar heb ik al genoeg aan gegeven.’ Ik knik en wil weglopen, maar hij zegt: ‘Dat is een grapje hoor, even geld pakken.’ Hij houdt zijn buik vast terwijl hij zijn portemonnee pakt. ‘Ik ben net terug uit het ziekenhuis. Ik heb een nier aan mijn vrouw gegeven. Als alles goed gaat, mag zij volgende week naar huis.’ We praten even over hoe spannend het is of alles goed zal blijven gaan. Met een brede glimlach doet hij de deur even later dicht. Dat ik nu net in deze week moet collecteren! Wat een timing, bedenk ik, als ik aanbel bij zijn buren. In de voortuin staat een joekel van een motor. De man heeft overduidelijk zin in een praatje en leunt ontspannen tegen de deurpost. Een heel verhaal volgt, over motorrijden, dat hij voor het Kankerfonds heeft gereden en daarmee een paar duizend euro heeft opgehaald. ‘Dat lukt je niet met zo’n collectebus.’ ‘Nee, gelukkig niet, dat zou een beetje zwaar zijn, maar alle beetjes helpen toch? Ik ga trouwens weer verder.’ ‘Ja, natuurlijk, dank voor dit leuke gesprek.’ Ik loop verder met het gevoel iemand blij te hebben gemaakt met een beetje aandacht.
Collecteren is geniaal! Het is perfect geschikt om in alle rust eens door je wijk te wandelen en her en der een praatje te maken met mensen die daar behoefte aan hebben. En je helpt ook nog een stichting. Prima combinatie wat mij betreft.

